Frans

Dit vak heb je in de brugklas drie uur per week.

In de brugklas komen de volgende onderwerpen aan bod:
We beginnen met vooral heel veel praten! Na een week kun je al heel wat in het Frans zeggen en verstaan. We praten, we zingen, we oefenen op een toneelstukje dat je gaat uitvoeren met je klas.

Je leert tellen, de dagen van de week, de maanden etc.

Je leert te zeggen hoe het met je gaat, wat je zou willen en wat je aan het doen bent. Het is teveel om hier op te noemen.  

In de brugklas komen de volgende vaardigheden aan bod:
Je leert dus vooral veel te praten en te verstaan. Verder leer je natuurlijk ook om te lezen en te schrijven in het Frans.

Bij dit vak gebruiken we:
Een werkboek, een schrift, een website, maar vooral gewoon jezelf! We doen veel zonder boek of schrift omdat we vooral veel praten met elkaar. Het is een unieke methode om Frans te leren. Het heet AIM. Leerlingen zijn enorm enthousiast over deze methode. Ben je al nieuwsgierig?

Hoe zien de lessen eruit?
Een les ziet er ongeveer zo uit:

Als je binnen komt, wordt er meteen in het Frans gesproken. Het lijkt moeilijk maar je went er snel aan. Meestal worden er ook nieuwe woorden geleerd die je met elkaar gaat oefenen. Bij elk woord hoort een gebaar. Door zowel het woord te zeggen als het gebaar te maken, leer je heel snel. Daarna ga je meestal zelfstandig aan het werk aan een oefening in de werkboek. Als de oefening samen is nagekeken, mag je de laatste minuutjes vaak al aan je huiswerk beginnen. Er wordt altijd samen, in het Frans, afgesloten en gedag gezegd.

Twee lessen per week zijn klassikaal en één les is op het leerplein. Op het leerplein werk je de hele les zelfstandig, in tweetallen of in groepjes. Je krijgt van je docent een opdracht.

Je laptop gebruik je als je op de website gaat oefenen. Daar maak je kennis met Wendy, jouw online docent. Zij spreekt alle woordjes uit en doet het gebaar erbij. Zo kun je zo vaak oefenen als je wilt.

Wij, de docenten Frans van het JTC, hebben ontzettend veel zin om jullie volgend jaar les te geven!

Tot gauw enne …

Au revoir!